Direct naar inhoudDirect naar contactgegevens

Kloof tussen arm en rijk neemt toe

Niet iedereen verdient evenveel. In Amsterdam liggen de verhoudingen anders dan in de rest van Nederland. Hoe zit dat?

Hoe kun je de inkomensverdeling weergeven?

In Nederland heeft een huishouden gemiddeld € 29.500 per jaar te besteden. De inkomens zijn te verdelen in 5 even grote groepen (de kwintielen). De inkomensgroepen zijn dan van een negatief inkomen tot € 17.600, tot € 23.400, tot € 29.800, tot € 38.200 en alles boven de € 38.200. Wanneer je met deze inkomensgrenzen naar Amsterdam kijkt, ziet de verdeling er anders uit. De groepen zijn niet allemaal even groot. In Amsterdam zijn er meer huishoudens met een laag of juist hoog inkomen en minder met een middeninkomen dan in rest van Nederland.

Hoe is de inkomensverdeling in Amsterdam en omliggende gemeenten?

Ook ten opzichte van de omliggende gemeentes heeft Amsterdam een hoog aantal lage inkomens. Amstelveen, Weesp en Haarlemmermeer tellen relatief veel hoge inkomens. Amsterdam is natuurlijk veel groter dan de omliggende gemeenten en heeft daarom in absolute aantallen wel meer inwoners met hoge inkomens.

Hoe veranderde de inkomensverdeling in Amsterdam?

Je kunt de inkomens ook in tienden verdelen. In de afgelopen jaren is het aantal inkomens in het eerste deciel gedaald. Het aantal inkomens in de hoogste decielen nam juist toe. Er zijn nu minder armen dan in 2011 en meer rijken.

Hoe eerlijk zijn de inkomens in Amsterdam verdeeld?

Om de inkomensgelijkheid uit te drukken gebruiken we de Gini-index, uit te drukken in een cijfer tussen de 0 en de 1. Een 0 geeft aan dat iedereen precies evenveel krijgt en een 1 wil zeggen dat alles van één persoon is.

Binnen de EU-landen ligt de index bijvoorbeeld tussen 0,23 (Slowakije) en 0,40 (Bulgarije). De gemeenten in de regio Amsterdam (MRA) liggen tussen 0,23 (Uitgeest) en 0,51 (Laren). Binnen Amsterdam loopt de index van 0,22 (Tuindorp) tot 0,58 (Grachtengordel-Zuid).

Hoe is de gelijkheid in de regio?

De gemeentes met de grootste ongelijkheid zijn: Bloemendaal (0,44), Blaricum (0,46) en Laren (0,51). Het meest gelijk zijn: Uitgeest (0,23), Purmerend (0,24) en Heemskerk (0,24).

Hoe is de gelijkheid in de stad?

In de woonwijken staan veel gelijksoortige huizen. De inkomens liggen hier ook dichter bij elkaar. Onder het Vondelpark, in de Grachtengordel, en aan de Zuidas is de meeste ongelijkheid. Hier staan ook meer verschillende woningen.